mirror of
https://github.com/subsurface/subsurface.git
synced 2024-11-28 05:00:20 +00:00
user manual NL: update
TDB Signed-off-by: Jan Mulder <jlmulder@xs4all.nl>
This commit is contained in:
parent
a99c5f8a06
commit
eb838b79ca
1 changed files with 256 additions and 71 deletions
|
@ -1,10 +1,10 @@
|
|||
// Subsurface 4.6 Gebruikershandleiding
|
||||
// Subsurface 4.7 Gebruikershandleiding
|
||||
// ==========================
|
||||
// :author: Manual authors: Jacco van Koll, Dirk Hohndel, Reinout Hoornweg,
|
||||
// Linus Torvalds, Miika Turkia, Amit Chaudhuri, Jan Schubert, Willem
|
||||
// Ferguson, Salvador Cuñat, Pedro Neves, Stefan Fuchs
|
||||
// :revnumber: 4.6
|
||||
// :revdate: March 2017
|
||||
// :revnumber: 4.7
|
||||
// :revdate: October 2017
|
||||
:icons:
|
||||
:toc2:
|
||||
:toc-placement: manual
|
||||
|
@ -19,7 +19,7 @@ image::images/Subsurface4Banner.jpg["Banner",align="center"]
|
|||
Reinout Hoornweg,Linus Torvalds, Miika Turkia, Amit Chaudhuri, Jan Schubert,
|
||||
Salvador Cuñat, Pedro Neves, Stefan Fuchs
|
||||
|
||||
[blue]#Versie 4.6, maart 2017#
|
||||
[blue]#_Versie 4.7, oktober 2017_#
|
||||
|
||||
Welkom als gebruiker van _Subsurface_, een geavanceerd duiklogboek programma
|
||||
met een breed scala aan functionaliteiten om je duiken vast te leggen, organiseren,
|
||||
|
@ -438,10 +438,17 @@ alsmede informatie over de duiken die niet gedownload konden worden.
|
|||
==== _Subsurface_ verbinden met een duikcomputer met Bluetooth
|
||||
[icon="images/icons/bluetooth.jpg"]
|
||||
|
||||
Bluetooth wordt een steeds normalere manier om met een duikcomputer te communiceren,
|
||||
bijvoorbeeld de Shearwater Petrel 2 en de Heinrichs Weikamp OSTC3, Sport en OSTC4.
|
||||
Bluetooth wordt een steeds normalere manier om met een duikcomputer te communiceren.
|
||||
_Subsurface_ biedt een grotendeels besturingssysteem onafhankelijke wijze van
|
||||
koppeling met duikcomputers met Bluetooth.
|
||||
koppeling met duikcomputers met Bluetooth. Een toenemend aantal duikcomputers
|
||||
gebruikt Bluetooth Low Energy (BTLE) als manier van communiceren. Helaas is BTLE
|
||||
geen gestandaardiseerd protocol, en bij gevolg moeten voor ieder type duikcomputer
|
||||
specifieke aanpassingen worden gedaan. Zie de
|
||||
link:https://subsurface-divelog.org/documentation/supported-dive-computers/[lijst van ondersteunde duikcomputers].
|
||||
|
||||
Bluetooth communicatie is vaak meer betrouwbaar na het opnieuw koppelen met de
|
||||
_Subsurface_ host computer. Bluetooth en BTLE interfaces worden actief ontwikkeld,
|
||||
inclusief het toevoegen van nieuwe modellen.
|
||||
|
||||
De volgende vier stappen zijn nodig om Bluetooth communicatie op te zetten:
|
||||
|
||||
|
@ -458,6 +465,11 @@ scherm.
|
|||
|
||||
image::images/DC_import_Bluetooth.jpg["Figuur: Download Bluetooth",align="center"]
|
||||
|
||||
Hoewel de _Subsurface_ Bluetooth interface bedoeld is te werken zonder eerst
|
||||
op niveau van het besturingssysteem de pairing uit te voeren, is het verstandig
|
||||
dit toch te doen. Verwijder eerst de bestaande pairing, en pair opnieuw. De kans
|
||||
groot dat het laden over Bluetooth van duikdata dan goed verloopt.
|
||||
|
||||
Op Linux en OS/X verschijnt rechts op het scherm staat de naam van de _Subsurface_
|
||||
computer, het Bluetooth adres (van de Bluetooth controller), een melding of Bluetooth
|
||||
aan of uit staat, en een knop om aan en uit te zetten. Aan de linkerzijde
|
||||
|
@ -475,9 +487,10 @@ hoe dit te doen. Stap 3 is nu ook doorlopen.
|
|||
|
||||
Selecteer de _Scan_ knop en in de keuzelijst dient nu ook de duikcomputer
|
||||
te verschijnen, naast alle andere Bluetooth apparatuur die binnen bereik is
|
||||
(en vindbaar is). Als dit niet werkt, kies _Wissen_ en scan opnieuw. Een label
|
||||
van de gevonden duikcomputer bevat de naam van de computer, zijn adres, en zijn
|
||||
koppeling status. Als hij in rood wordt getoond, is de duikcomputer nog niet
|
||||
(en vindbaar is). Als dit niet werkt, kies _Wissen_ en scan opnieuw.
|
||||
Een label van de gevonden duikcomputer bevat de naam van de computer, zijn adres, en zijn
|
||||
koppeling status. Adressen van BTLE apparatuur beginnen met "LE".
|
||||
Als hij in rood wordt getoond, is de duikcomputer nog niet
|
||||
gekoppeld. Met de rechter muisknop kan met het context menu een verzoek tot koppeling
|
||||
worden gedaan, en wacht op afronding van dit proces. Mogelijk komt er een vraag
|
||||
een PIN code of Pass Code. Meestal is deze 0000, maar raadpleeg de handleiding van je
|
||||
|
@ -634,36 +647,32 @@ bewerkt worden als de locatie gegevens. Bewaar alle wijzigingen in de
|
|||
de locatie bewerkt gaat worden. Een bestaande locatie kiezen kan overigens wel
|
||||
tegelijkertijd toegevoegd worden.
|
||||
|
||||
Tik de naam in van de locatie, bijvoorbeeld "Tihany, Lake Balaton, Hungary".
|
||||
*Bestaande locaties gebruiken:* Tik de naam in van de locatie, bijvoorbeeld "Tihany, Lake Balaton, Hungary".
|
||||
Als er meerdere duiken op dezelfde locatie worden gemaakt, wordt de locatie
|
||||
informatie van de eerste duik hergebruikt. Bestaande duik locaties kunnen worden
|
||||
bewerkt door een duik uit de *Duiklijst* te selecteren op die locatie, en dan op het
|
||||
wereldbol icoon te klikken, rechts van de locatie naam. (zie figuur *A* hieronder).
|
||||
Bij het invoeren van een locatie (op het *Notities* paneel) wordt een lijst met
|
||||
opties getoond, corresponderend met de reeds ingetypte letters. Als de duik
|
||||
op een bekende locatie is, kan deze uit de lijst geselecteerd worden. Deze duiken
|
||||
hebben een groen wereldbol icoon. Als er een *+* symbool staat betekent dit de
|
||||
mogelijkheid een nieuwe duik locatie toe te voegen met hergebruik van de bijna
|
||||
gelijknamige locatie.
|
||||
informatie van de eerste duik hergebruikt.
|
||||
Als een locatie eerder is gebruikt verschijnt bij intikken van de eerste letters
|
||||
een lijst met mogelijke locaties. Kies de gewenste, en deze locatie is dan van
|
||||
toepassing op de duik die wordt bewerkt. Klik dan _Wijzigingen toepassen_ (figuur beneden)
|
||||
om de informatie op te slaan.
|
||||
|
||||
image::images/Locations1_f22.jpg["Figuur:Locatie beschrijving",align="center"]
|
||||
image::images/Location1.jpg["FIGURE:Locatie keuze panel",align="center"]
|
||||
|
||||
Na het klikken op het wereldbol icoon, verschijnt het figuur *B* zoals hierboven
|
||||
om coördinaat en andere informatie over de duiklocatie in te voeren.
|
||||
*Nieuwe locatie invoeren:* Wanneer er op een nieuwe locatie is gedoken, dient deze
|
||||
te worden ingevoerd voor deze duik en later gebruik. Voer de naam in (figuur A
|
||||
hieronder)
|
||||
|
||||
image::images/Globe_image1.jpg["FIGURE:Locatie creatie panel",align="center"]
|
||||
|
||||
Klik op het plus (+) symbool rechts (of dubbelklik) in de blauwe balk om de
|
||||
nieuwe locatie vast te leggen. Bewaar de duik om de nieuwe locatie verder te bewerken.
|
||||
Bewerken kan door op het globe icoon te klikken (image B hierboven), achtereenvolgens
|
||||
verschijnt dan figuur A (zie hieronder)
|
||||
|
||||
image::images/Globe_image2.jpg["FIGURE:Locatie creatie panel",align="center"]
|
||||
|
||||
Er zijn drie manieren om coördinaten in te voeren:
|
||||
|
||||
a. Gebruik de wereldkaart rechtsonder. De kaart bevat een oranje balk, met de
|
||||
tekst "Geen locatie data - Verplaats de kaart en dubbelklik om de duiklocatie
|
||||
te selecteren". Dubbelklik op de gewenste locatie op de kaart, en de coordinaat
|
||||
is opgeslagen.
|
||||
|
||||
b. Gebruik de _Subsurface-mobile App_ or the _Subsurface_ Companion App_ op een
|
||||
Android of iPhone op de duiklocatie om met de GPS van de telefoon de locatie op
|
||||
te slaan. Importeer ze achtereenvolgens in _Subsurface_
|
||||
xref:S_Companion[Klik hier voor meer informatie over de Companion app]
|
||||
|
||||
c. Voer de coördinaten met de hand in, volgens één van de volgende vier
|
||||
*(1):* Voer de coördinaten met de hand in, volgens één van de volgende vier
|
||||
formaten (latitude gevolgd door longitude):
|
||||
|
||||
ISO 6709 Annex D formaat: 30°13'28.9"N 30°49'1.5"E
|
||||
|
@ -677,13 +686,36 @@ longitudes met *W*, zoals in W07°, negatieve waarde, als in 7.34323. Sommige
|
|||
toetsenborden hebben geen graden (°) symbool. Een *d* zoals in N30d, W20d kan
|
||||
ook worden gebruikt.
|
||||
|
||||
Als zowel coördinaat als naam van de locatie is ingevoerd, kan de locatie worden
|
||||
opgeslagen met de _Wijzigingen toepassen_ knop, bovenaan het scherm.
|
||||
Voer verdere informatie over de duikplek in onder de Beschrijving en Notities
|
||||
velden, en kies _Wijzigingen toepassen_ om alles op te slaan. De duikplek kan
|
||||
later bewerkt worden door het wereldbol icoon te klikken, rechts naast de naam
|
||||
van de duikplek in het *Notities* tabblad.
|
||||
|
||||
*(2):* Gebruik de kaart om coördinaten in te voeren. De kaart toont alle bestaande
|
||||
locaties in grijs, en een extra marker in rood (figuur B hierboven). Versleep
|
||||
de rode marker naar de gewenste locatie. De kaart kan in- en uitgezoomd worden met
|
||||
het wieltje van de muis. De coördinaten van de rode marker worden automatisch in
|
||||
het juiste veld opgeslagen (figuur A hieronder).
|
||||
|
||||
Voer verdere informatie over de duikplek in onder de Beschrijving en Notities
|
||||
velden, en kies _Wijzigingen toepassen_ om alles op te slaan. De duikplek kan
|
||||
later bewerkt worden door het wereldbol icoon te klikken, rechts naast de naam
|
||||
van de duikplek in het *Notities* tabblad.
|
||||
|
||||
image::images/Globe_image3.jpg["FIGURE:Locatie aanmaak panel",align="center"]
|
||||
|
||||
Op moment dat de duikplek is opgeslagen verschijnt het globe symbool in de duiklijst
|
||||
(voor de duiken op deze duikplek).
|
||||
|
||||
*(3):* Gebruik de _Subsurface-mobile App_ or the _Subsurface_ Companion App_ op een
|
||||
Android of iPhone op de duiklocatie om met de GPS van de telefoon de locatie op
|
||||
te slaan. Importeer ze achtereenvolgens in _Subsurface_
|
||||
xref:S_Companion[Klik hier voor meer informatie over de Companion app]
|
||||
|
||||
*Belangrijk*: GPS coördinaten van duik locaties zijn gekoppeld
|
||||
aan de locatie naam. Daarom levert het problemen op als er een
|
||||
locatie wordt aangemaakt zonder naam en met locatie. (Subsurface denkt dan
|
||||
dat al deze duiken dezelfde locatie hebben en probeert de GPS coördiaat gelijk
|
||||
dat al deze duiken dezelfde locatie hebben en probeert de GPS coördinaat gelijk
|
||||
te houden).
|
||||
|
||||
*Locatie naam opzoeken*: Op moment dat er een geldige coördiaat is ingevoerd,
|
||||
|
@ -972,15 +1004,19 @@ te converteren naar Subsurface's _.xml_ format. Het kan samen met _Subsurface_
|
|||
op Linux systemen worden gecompileerd. Twee extra softwarebibliotheken dienen
|
||||
aanwezig te zijn: _libglib2.0_ en _libmdb2_.
|
||||
|
||||
Daarnaast is er een webservice beschikbaar om _SmartTrak_ duiklogs te converteren
|
||||
naar _Subsurface_ formaat (zie hieronder).
|
||||
|
||||
Neem gerust contact op met het _Subsurface_ ontwikkelteam via
|
||||
mailto:subsurface@subsurface-divelog.org[onze mailinglijst] voor assistentie op
|
||||
het gebied van importeren van _SmartTrak_ data.
|
||||
|
||||
|
||||
===== Compileren van _smtk2ssrf_
|
||||
|
||||
Aangenomen dat de bovenstaande twee biliotheken zijn geïnstalleerd, en de
|
||||
_Subsurface_ broncode staat in _~/src/subsurface_, dan:
|
||||
|
||||
|
||||
===== Compileren van _smtk2ssrf_
|
||||
- cd ~/src/subsurface_
|
||||
- Draai " $ ccmake build " en zet SMARTTRAK_IMPORT option op *on* (staat
|
||||
standaard uit)
|
||||
|
@ -1014,6 +1050,16 @@ sommige meldingen kunnen erop duiden dat de conversie niet succesvol is geweest;
|
|||
ondersteuning voor de Galileo familie duikcomputers is nog in ontwikkeling.
|
||||
|
||||
|
||||
===== Voor de luie gebruiker: een web service om _SmartTrak_ naar _Subsurface_ te converteren
|
||||
|
||||
Open de website _https://thetheoreticaldiver.org/rch-cgi-bin/smtk2ssrf.pl_. Dit is een eenvoudige
|
||||
pagina om _SmartTrak_ bestanden naar _Subsurface_ formaat te converteren. Met de browse knop
|
||||
kan het _SmartTrak_ bestand worden ingevoerd, en na klikken van _Submit query_ verschijnt snel
|
||||
een dialoog box (figuur hieronder) om de geconverteerde data op te slaan op de lokale computer.
|
||||
|
||||
image::images/strk2ssrf_web.jpg["FIGURE:Web service om SmartTrak divelog te converteren",align="center"]
|
||||
|
||||
|
||||
===== De geïmporteerde duiken samenvoegen met een bestaand logboek
|
||||
|
||||
Open het nieuwe bestand (zoals hierboven aangemaakt) met _Subsurface_ en controleer
|
||||
|
@ -1786,6 +1832,22 @@ gevolgd door EAN50 na 26 minuten voor decompressie.
|
|||
|
||||
image::images/multicylinder_dive.jpg["Figuur: Multicilinder profiel",align="center"]
|
||||
|
||||
Diverse duikcomputers kunnen automatisch cilinder drukken opslaan, zonder handmatige
|
||||
interactie. Oudere duikcomputers (Uwatec Galileo, diverse Suunto modellen) kunnen soms ook
|
||||
meerdere druk sensoren aan, waarbij op de duikcomputer gewisseld kan worden tussen
|
||||
sensoren waardoor er een sequentieel verloop van cilinder drukken ontstaat. Sommige
|
||||
moderne modellen (Shearwater Perdix AI, Scubapro G2) kunnen meerdere sensoren
|
||||
tegelijkertijd uitlezen en opslaan. In deze gevallen interpreteert _Subsurface_ de data
|
||||
juiste manier.
|
||||
Er is permanente aandacht bij de _Subsurface_ ontwikkelaars om nieuwe duikcomputer modellen
|
||||
te ondersteunen, ook die met meerdere druksensoren, en met juiste presentatie in het duikprofiel.
|
||||
Onafhankelijk van het model van druksensor afhandeling, diverse (technische) duikers
|
||||
zullen voorkeur hebben voor handmatige of juist automatische logging van duiken met
|
||||
meerdere gassen. Echter, automatische registratie bij (eenvoudige) sidemount duiken met twee
|
||||
cilinders is een eenvoudige casus. Zie de
|
||||
link:https://subsurface-divelog.org/documentation/supported-dive-computers/[lijst van ondersteunde duikcomputers].
|
||||
|
||||
|
||||
==== Sidemount duiken
|
||||
|
||||
Voor _Subsurface_ is sidemount gewoon een andere vorm van duiken met meerdere cilinders, vaak
|
||||
|
@ -1794,7 +1856,8 @@ waar de andere configuratie het passeren van kleinere passages mogelijk kan make
|
|||
Tegenwoordig lijkt sidemount configuratie ook ingang te vinden in de recreatieve
|
||||
duikwereld.
|
||||
|
||||
Het loggen van sidemount cilinder gebruik is niet anders dan hier eerder beschreven,
|
||||
Zie de vorige paragraaf over automatisch vastleggen van cilinderdrukken.
|
||||
Het handmatig loggen van sidemount cilinder gebruik is niet anders dan hier eerder beschreven,
|
||||
en bestaat wederom uit drie onderdelen:
|
||||
|
||||
- *Registreer gaswissels gedurende de duik*: omdat sidemount meestal uitgaat van
|
||||
|
@ -1856,7 +1919,7 @@ image::images/pSCR_profile.jpg["Figuur: pSCR profiel",align="center"]
|
|||
[icon="images/APD.jpg"]
|
||||
[NOTE]
|
||||
|
||||
Gesloten circuit rebreathers (CCR) is geavanceerde technische
|
||||
Gesloten circuit rebreathers (CCR) zijn geavanceerde technische
|
||||
duikapparatuur. Ze doen twee specifieke dingen om een adembaar
|
||||
systeem te behouden:
|
||||
a) CO~2~ wordt verwijderd (zoals bij pSCRs)
|
||||
|
@ -1869,20 +1932,26 @@ mCCRs (manueel, handmatig) waar de gebruiker zelf zorg draagt door een juist
|
|||
zuurstofgehalte.
|
||||
|
||||
De CCR interface of _Subsurface_ is op dit moment experimenteel, en ondersteund
|
||||
de Poseidon MkVI en APD Discovery/Evolution duikcomputers; beide eCCR type
|
||||
apparaten. Voor deze beide rebreaters geldt dat de duiken in losse bestanden
|
||||
de Poseidon MkVI en APD Discovery/Evolution duikcomputers, Shearwater duikcomputers
|
||||
aangesloten op een CCR; allen eCCR type
|
||||
apparaten. Voor de eerste twee rebreaters geldt dat de duiken in losse bestanden
|
||||
op de duikcomputer worden weggeschreven en dat _Subsurface_ deze losse logbestanden
|
||||
kan inlezen
|
||||
kan inlezen. Met Shearwater duikcomputers kunnen wel meerdere duiken tegelijkertijd
|
||||
worden ingelezen.
|
||||
|
||||
|
||||
===== Importeren van een CCR duik
|
||||
|
||||
Zie de paragraaf over xref:S_ImportingAlienDiveLogs[importeren van duik informatie
|
||||
uit andere digitale bronnen]. CCR data wordt op dit moment uit gesloten programmatuur
|
||||
geladen, welke bij de rebreather is geleverd.
|
||||
Zie <<_appendix_b_dive_computer_specific_information_for_importing_dive_information,Bijlage B>>
|
||||
Voor Shearwater CCR controllers of onafhankelijke Shearwater CCR logs kunnen duiken
|
||||
op normale wijze (zoals bij open circuit duiken) worden ingelezen. _Subsurface_ herkent
|
||||
de CCR duiken op juiste wijze.
|
||||
Andere CCR data wordt op dit moment uit gesloten programmatuur
|
||||
geladen, welke bij de rebreather is geleverd.Zie de paragraaf over
|
||||
xref:S_ImportingAlienDiveLogs[importeren van duik informatie
|
||||
uit andere digitale bronnen]
|
||||
en <<_appendix_b_dive_computer_specific_information_for_importing_dive_information,Bijlage B>>
|
||||
voor uitgebreidere informatie. Gebruik die programmatuur om de duik data uit de computer van
|
||||
de rebreathter te laden en op te slaan op de desktop PC. Ga dan in _Subsurface_
|
||||
de rebreather te laden en op te slaan op de desktop PC. Ga dan in _Subsurface_
|
||||
vanuit het hoofdmenu naar _Importeren -> Importeer logbestanden_ om de
|
||||
xref:Unified_import[universele importeer dialoog te starten]. Selecteer het gewenste bestand
|
||||
om te importeren, en filter eventueel om het gewenste bestand eenvoudig te vinden
|
||||
|
@ -1990,6 +2059,39 @@ xref:_appendix_b_dive_computer_specific_information_for_importing_dive_informati
|
|||
|
||||
== Meer informatie over duiken in het logboek
|
||||
|
||||
=== De Duikkaart gebruiken om meer informatie te verkrijgen
|
||||
|
||||
De duikkaart heeft een aantal knoppen nuttig om diverse aspecten van een duik te bewerken. Deze zijn
|
||||
|
||||
[icon="images/icons/MapViewMode.jpg"]
|
||||
[NOTE]
|
||||
Met deze knop kan gekozen worden voor een kaart of een satelliet beeld.
|
||||
|
||||
[icon="images/icons/MapViewPlus.jpg"]
|
||||
[NOTE]
|
||||
Zoom in. Selecteer een kleiner gebied.
|
||||
|
||||
[icon="images/icons/MapViewMinus.jpg"]
|
||||
[NOTE]
|
||||
Zoom out. Selecteer een groter gebied.
|
||||
|
||||
image::images/MapMenu.jpg["FIGURE: Map menu",align="left"]
|
||||
|
||||
Een "Hamburger" knop in de rechts-boven hoek met de volgende functies:
|
||||
|
||||
* Open locatie in _Google Maps_. Opent Google Map met een marker op de locatie.
|
||||
|
||||
* Kopieer locatie naar clipboard (decimaal). Kopieert de coördinaten van de huidige duik locatie
|
||||
naar het clipboard, in decimale notatie: -25.933905 30.710572
|
||||
|
||||
* Kopieer locatie naar clipboard (sexagesimaal). Kopieert de coördinaten van de huidige duik locatie
|
||||
naar het clipboard, in sexagesimale notatie: 25°56'02.058"S 30°42'38.059"E
|
||||
|
||||
* Selecteer zichtbare duiken. Dit selecteert alle duiken die zichtbaar zijn op de
|
||||
kaart in de Duiklijst. Handig om allen duiken in een gebied te bekijken of
|
||||
of statistieken ervoor te berekenen.
|
||||
|
||||
|
||||
=== Het *Informatie* tabblad (voor individuele duiken)
|
||||
|
||||
Het Informatie tabblad toont enige samenvattende informatie over
|
||||
|
@ -2077,7 +2179,8 @@ locatie van de pointer. Er is een uitgebreide lijst items die kunnen worden
|
|||
getoond, zoals: tijdstip in de duik (@ symbool), diepte, druk in gebruikte cilinder,
|
||||
opstijg- en afdaal snelheid, gasgebruik (SAC), pO~2~, Maximum gebruiksdiepte (MOD),
|
||||
Equivalente lucht diepte (EAD), Equivalente narcotische diepte (END), Equivalente
|
||||
lucht dichtheid diepte (EADD), decompressie verplichting, tijd naar oppervlakte (TTS),
|
||||
lucht dichtheid diepte (EADD, ook als gasdichtheid in g/l), decompressie verplichting,
|
||||
tijd naar oppervlakte (TTS),
|
||||
berekend plafond. Een aantal van deze items kunnen worden aan- en uitgezet via knoppen
|
||||
aan de linker zijde:
|
||||
|
||||
|
@ -2240,6 +2343,10 @@ niet één of andere absolute waarde, maar een relatieve waarde gerelateerd aan
|
|||
de gemiddelde SAC, waarbij rood en oranje perioden aangeven met een verhoogd
|
||||
gasgebruik en groen een verlaagd gasgebruik.
|
||||
|
||||
In planner mode is de SAC, zoals ingesteld, constant gedurende de bodemfase en
|
||||
de decompressiefase. De kleur van de lijn geeft hier dan ook de gasdichtheid weer,
|
||||
en niet de SAC.
|
||||
|
||||
[icon="images/icons/Heartbutton.png"]
|
||||
[NOTE]
|
||||
Door op de hartslag knop te klikken, wordt, voor duikcomputers die met
|
||||
|
@ -3234,7 +3341,7 @@ Erik Baker toegevoegde gradiënt factoren. Daarnaast is ook VPM-B aanwezig.
|
|||
[icon="images/icons/warning2.png"]
|
||||
[WARNING]
|
||||
|
||||
De _Subsurface_ duikplanner is OP DIT MOMENT EXPERIMENTEEL en veronderstelt dat
|
||||
De _Subsurface_ duikplanner is EXPERIMENTEEL en veronderstelt dat
|
||||
de gebruiker bekend is met de _Subsurface_ gebruikers interface. De volgende
|
||||
uitdrukkelijk voorwaarden zijn van toepassing:
|
||||
|
||||
|
@ -3268,7 +3375,7 @@ tekst, is weergegeven. Door deze weergave kan het plan eenvoudig naar andere
|
|||
programmatuur worden overgedragen. Dit is ook het gebied waar waarschuwingen
|
||||
over het duikplan worden weergegeven.
|
||||
|
||||
image::images/PlannerWindow1_f20.jpg["Figuur: Duikplanner begin scherm",align="center"]
|
||||
image::images/PlannerWindow1.jpg["Figuur: Duikplanner begin scherm",align="center"]
|
||||
|
||||
|
||||
=== Open circuit duiken
|
||||
|
@ -3389,8 +3496,7 @@ te worden.
|
|||
|
||||
Hieronder een figuur met een plan voor een recreatieve duik naar 30m. Hoewel de
|
||||
niet-decompressie limiet (NDL) 23 minuten bedraagt, is de duik beperkt tot de hoeveelheid
|
||||
gas in de cilinder. Dit is te zien in de tekst uitvoer rechtsonder, inclusief de hoeveelheid
|
||||
benodigd gas voor de opstijging.
|
||||
gas in de cilinder.
|
||||
|
||||
image::images/Planner_OC_rec.jpg["Figuur: Een recreatief duikplan: setup",align="center"]
|
||||
|
||||
|
@ -3421,6 +3527,16 @@ hogere inert gas weefseldrukken in het name de langzamere weefsels. Bedenk echte
|
|||
dat beide modellen een model van de werkelijke fysiologische wereld zijn, die
|
||||
te beschouwen zijn als wiskundige modellen van iets dat werkt in de praktijk.
|
||||
|
||||
Merk op dat het VPM-B model de intrinsieke aanname maakt dat afgifte van gas alleen
|
||||
plaatsvindt tijdens de opstijgfase (die dus door de planner wordt berekend).
|
||||
Mogelijk ontstaan er misleidende resultaten als er handmatige routepunten ingevoerd
|
||||
worden tijdens deze opstijging. Dit is met name van toepassing op het her-plannen
|
||||
van werkelijke duikprofielen; deze bevatten immers routepunten tot aan de oppervlakte.
|
||||
Gooi voor dergelijke duiken eerst de routepunten weg die deel uit maken van de
|
||||
opstijging. Dit kan het eenvoudigst door de ctrl- of command- toets in te drukken
|
||||
tijdens het klikken op de het vuilnisbak icoon naast het eerste routepunt van de
|
||||
opstijging in de tabel aan de linker zijde.
|
||||
|
||||
Meer (algemene) informatie over decompressie is bijvoorbeeld te vinden op:
|
||||
|
||||
* link:http://www.tek-dive.com/portal/upload/M-Values.pdf[Understanding M-values door Erik Baker, _Immersed_ Vol. 3, No. 3.]
|
||||
|
@ -3468,18 +3584,9 @@ cilinder, kan de planner ook de geadviseerde hoeveelheid bodemgas berekenen die
|
|||
nodig is om de eerstvolgende gasvoorraad te kunnen bereiken (het volgende decompressie
|
||||
gas of de oppervlakte). Dit wordt de "minimum gas" of "rock bottom" berekening
|
||||
genoemd, en wordt door een aantal (maar niet alle) technische opleidingssystemen
|
||||
toegepast. De berekening gaat van het slechtste geval uit (zoals ook in het grotduik
|
||||
voorbeeld hierboven): namelijk het volledig zonder gas komen te zitten
|
||||
(out-of-gas (OoG) event), op het eind van de bodemfase van de duik, op het diepste
|
||||
punt. Er is dan eerst tijd nodig (optie _tijd om problemen op te lossen_), zoals
|
||||
het beginnen van gas delen en het proberen het probleem op te lossen. Daarnaast zal
|
||||
het gasverbruik (SAC) toenemen door stress, en het feit dat er nu twee duikers uit
|
||||
één cilinder ademen: dit is de optie _SAC factor_. Het resultaat van deze berekening
|
||||
wordt afgedrukt in de tekst uitvoer van het plan; er zijn geen automatische controles
|
||||
op basis van deze berekening. Merk verder op dat een minimum gas berekening
|
||||
werkt op een vierkant profiel, en bij duiken met (sterk) verschillende
|
||||
dieptes gedurende de duik (in open water ook wel multi-level duiken genoemd) dient
|
||||
de berekening op meerdere momenten in de duik te worden gemaakt.
|
||||
toegepast. Zie hieronder voor een gedetailleerde uitleg.
|
||||
|
||||
|
||||
|
||||
Nu kan worden begonnen met het invoeren van de tijd-diepte profiel. Dit kan met de
|
||||
grafische weergave rechtsboven. Bij openen van de planner is er een standaard duik
|
||||
|
@ -3505,16 +3612,31 @@ woeden gekozen die in de tabel _Beschikbare gasmengsels_ zijn ingevoerd. In de
|
|||
opstijging zal de planner op basis van pO~2~ instellingen de
|
||||
benodigde gaswissels in de planning opnemen.
|
||||
|
||||
Cilinders in gebruik voor het plan dienen te worden ingevuld in de tabel _Beschikbare gassen_.
|
||||
Voer in de kolom _type_ het soort cilinder in. Hoewel is al een groot aantal mogelijke
|
||||
cilinders beschikbaar is, is het mogelijk nieuwe toe te voegen door de naam ervan in te
|
||||
tikken. Voer achtereenvolgens de gassamenstelling in (helium en zuurstof).
|
||||
Als er een waarde anders dan 0 wordt ingevoerd in de _CCR setpoint_ kolom wordt
|
||||
dat deel van het profiel beschouwd als een duik met een gesloten circuit rebreather
|
||||
(CCR). Als het laatst ingevoerde segment ook een ingevuld _CCR setpoint_ heeft,
|
||||
wordt de decompressie fase ook als CCR duik bepaald. Als het laatste segment echter
|
||||
een open circuit segment is, zal de decompressie als open circuit duik worden bepaald.
|
||||
|
||||
Hieronder een voorbeeld van een duikplan naar 45m met Tx 21/35 met EAN50 en zuurstof
|
||||
als decompressie gassen.
|
||||
Voor de duikprofiel segmenten in in de _Duikplanner punten" tabel, door tijd en diepte
|
||||
in te vullen. Voer ook de juiste cilinder in als er meer dan 1 cilinder in gebruik is.
|
||||
Indien nodig kan het aantal rijen in de tabel worden uitgebreid door het gebruik van de "enter"
|
||||
toets. In figuur A hieronder, is een segment (met gebruik van een EAN50 cilinder) toegevoegd
|
||||
aan het begin van de duik (omdat het andere gas niet adembaar is aan de oppervlakte). op
|
||||
moment dat het nieuwe segment met de "enter" toets wordt bevestigd, wordt het plan
|
||||
automatisch aangepast (figuur B hieronder).
|
||||
|
||||
image::images/Planner_OC_deco_VPM.jpg["FIGUUR: Planning van een duik",align="center"]
|
||||
image::images/planner1.jpg["FIGURE: Duikplanning: segmenten",align="center"]
|
||||
|
||||
Hieronder een voorbeeld van een duik naar 55m met Tx20/30 met gebruikmaking van
|
||||
het Bühlmann algorithme, gevolgs door een opstijging met EAN50, en de instellingen
|
||||
zoals hierboven.
|
||||
|
||||
image::images/Planner_OC_deco.jpg["FIGUUR: Planning van een duik",align="center"]
|
||||
|
||||
Als bovenstaande stappen zijn doorlopen, kan de duik opgeslagen worden met de
|
||||
_Bewaren_ knop bovenin het scherm. De duik verschijnt dan in de *Duiklijst*.
|
||||
|
@ -3533,6 +3655,69 @@ diepte segment in de uitvoer. De duur bevat ook de tijd van de opstijging naar d
|
|||
niveau. Echter, als _Toon overgangen in deco_ ook is geselecteerd worden ook de overgangen
|
||||
tijdens de deco verder gedetailleerd.
|
||||
|
||||
De planner heeft een keuzevakje _Toon plan variaties_. Hierdoor gaat de planner
|
||||
iets diepere en langere duiken plannen dan de reeds geplande duik. Dit kost veel
|
||||
rekentijd, en de planner kan hierdoor merkbaar langzamer worden. De informatie wordt
|
||||
als volgt weergegeven:
|
||||
|
||||
Runtime: 53min + 0:52/m + 4:21/min
|
||||
|
||||
Dit betekent:
|
||||
|
||||
* De berekende duiktijd is 53 min.
|
||||
* Voor elke meter dieper gedurende de bodemfase, neemt de duikduur met 52 seconden toe.
|
||||
* Voor iedere minuut extra gedurende de bodemfase, neemt de duikduur met 4 minuten en 21 seconden toe.
|
||||
Dus als de bodemtijd 2 minuten langer is, neemt de duikduur toe met 2 + 2x4 min 21 sec = 10 minuten en 21 sec.
|
||||
En iedere decostop is ongeveer 10:42/53:00 = 20% langer dan gepland. Dit soort berekeningen zijn alleen
|
||||
geldig voor kleine aanpassingen van het plan, en geen grotere.
|
||||
|
||||
* Minimum gas requirements*
|
||||
|
||||
De planner berekent ook het benodigde *minimum gas* noodzakelijk voor een
|
||||
veilige opstijging in geval van een incident.
|
||||
De berekening gaat van het slechtste geval uit (zoals ook in het grotduik
|
||||
voorbeeld hierboven): namelijk het volledig zonder gas komen te zitten
|
||||
(out-of-gas (OoG) event), op het eind van de bodemfase van de duik, op het diepste
|
||||
punt. Er is dan eerst tijd nodig (optie _tijd om problemen op te lossen_), zoals
|
||||
het beginnen van gas delen en het proberen het probleem op te lossen. Daarnaast zal
|
||||
het gasverbruik (SAC) toenemen door stress, en het feit dat er nu twee duikers uit
|
||||
één cilinder ademen: dit is de optie _SAC factor_. Het resultaat van deze berekening
|
||||
wordt afgedrukt in de tekst uitvoer van het plan; er zijn geen automatische controles
|
||||
op basis van deze berekening. Merk verder op dat een minimum gas berekening
|
||||
werkt op een vierkant profiel, en bij duiken met (sterk) verschillende
|
||||
dieptes gedurende de duik (in open water ook wel multi-level duiken genoemd) dient
|
||||
de berekening op meerdere momenten in de duik te worden gemaakt.
|
||||
|
||||
De volgende 2 parameters zijn van toepassing:
|
||||
|
||||
* *SAC factor*. Dit is een inschatting hoeveel de SAC zal toenemen ten gevolge
|
||||
van het incident. Realistische waarden liggen vermoedelijk tussen 2 en 5, met
|
||||
2 duikers op 1 cilinder na een OoG event.
|
||||
* *Probleem oplostijd*. Dit is een inschatting van de tijd die nodig is, om vanaf
|
||||
de bodem de opstijging in te kunnen zetten. De standaard waarde is 2 minuten
|
||||
|
||||
Met deze informatie berekent de planner het benodigde minimum gas. Het wordt weergegeven als:
|
||||
|
||||
Minimum gas (gebaseerd op 2.0xSAC/+1min@81m): 2130 liters/90bar/delta:+80bar
|
||||
|
||||
Dit geeft aan:
|
||||
|
||||
* Tussen haakjes, de *SAC factor* en *Probleem oplostijd* zoals gespecificeerd.
|
||||
* Aantal liters gas nodig voor een veilige opstijging (2130 liters in het voorbeeld hierboven)
|
||||
* Aantal bar nodig voor een veilige opstijging (90 bar in in het voorbeeld hierboven).
|
||||
* Aantal bar beschikbaar op het eind van de bodemfase, _boven_ de minimum gas eis
|
||||
(80 bar in in het voorbeeld hierboven). Een positieve waarde geeft aan dat het plan
|
||||
(voor zover het minimum gas betreft) veilig is. Negatief uiteraard niet.
|
||||
|
||||
****
|
||||
[icon="images/icons/warning2.png"]
|
||||
[WARNING]
|
||||
Zowel de plan variaties als het minimum gas zijn gebaseerd op aannamen, en derhalve
|
||||
richtlijnen bij het plannen van een duik. Het zijn uitdrukkelijk niet de enige
|
||||
twee middelen voor een veilige duikplanning. Interpreteer deze waarden in het kader
|
||||
van je formele duikopleiding.
|
||||
****
|
||||
|
||||
|
||||
=== pSCR duiken plannen
|
||||
|
||||
|
@ -3553,7 +3738,7 @@ hieronder staat een plan van een pSCR duik die vergelijkbaar is met de CCR duik
|
|||
hieronder. Merk op dat de decompressie van de pSCR duik langer duurt, dan die van
|
||||
de vergelijkbare CCR duik. Dit komt met name door de pO~2~ drop.
|
||||
|
||||
image::images/Planner_pSCR1_f20.jpg["Figuur: Planning a pSCR dive: setup",align="center"]
|
||||
image::images/Planner_pSCR.jpg["Figuur: Planning a pSCR dive: setup",align="center"]
|
||||
|
||||
|
||||
=== CCR duiken plannen
|
||||
|
@ -3576,7 +3761,7 @@ gassen berekend (dus een bail-out decompressie berekening).
|
|||
|
||||
Zie de figuur hieronder voor een voorbeeld van een geplande CCR duik.
|
||||
|
||||
image::images/Planner_CCR1_f20.jpg["Figuur: Een CCR duik plannen: setup",align="center"]
|
||||
image::images/Planner_CCR.jpg["Figuur: Een CCR duik plannen: setup",align="center"]
|
||||
|
||||
Merk op dat in de details van het duikplan (rechtsonder) geen gasberekening voor CCR duiken
|
||||
worden gedaan.
|
||||
|
|
Loading…
Reference in a new issue